Voorwaartse rotatie beschijft de wijze waarop verschillende diensten elkaar afwisselen. Er is sprake van voorwaartse rotatie als de diensten met de klok mee wisselen, dus in de volgorde Ochtend-Middag-Nacht.
De basis voor deze vuistregel ligt in onderzoeksrsultaten waarin duidelijk werd dat onze biologische klok eigenlijk een lengte heeft van gemiddeld 25 uur. Elke dag moet het bioritme dus een uur worden "teruggezet" Een volkomen vrij bioritme leidt in experimenten ertoe dat mensen gemiddeld elke dag een uur later opstaan en dus ook een uur later weer gaan slapen. In 24 dagen tijd slaat het bioritme op deze wijze dan een compleet etmaal over.
Een volkomen vrij bioritme bestaat natuurlijk niet of het moeten de weinige astronauten zijn die maanden lang in hun ruimtestation om de aarde zweven, maar het 25 uursritme van onze biologische klok is wel de basis voor voorwaartse rotatie van onregelmatige roosters. De voorwaartse rotatie ondersteunt namelijk de natuurlijke drang om de dag met een uur te verlengen. Terwijl achterwaartse rotatie juist tegen deze verschuiving in werkt.
Er is veel onderzoek gedaan naar de effecten van voorwaarts- of achterwaartse rotatie. Een belangrijk deel van de uitkomsten toont aan dat werknemers in voorwaartse roterende roosters minder spijsverteringsklachten, hart- en vaatziekten, vermoeidsheidklachten en sociale klachten vertonen dan hun achterwaarts roterende collega's. Ander onderzoek laat echter een klassiek dilemma zien; zowel voorwaarts als achterwaarts roterende roosters leiden tot aanzienlijk gezondheidsklachten.
Veel werknemers beoordelen de rotatierichting echter niet op basis van de gevolgen voor de gezondheid. Zij kiezen vaak voor achterwaartse rotatie omdat daardoor een andere verdeling van de vrije tijd ontstaat. Een achterwaarts drieploegendienstrooster plant door de rotatierichting meer vrije tijd in het weekend en dat wordt zeer gewaardeerd.
FNV bondgenoten adviseert roosters voorwaarts te laten roteren, maar stelt tegelijkertijd dat er veel winst te behalen valt uit het beperken van het aantal nachtdiensten. Voorkomen is beter dan genezen.
De bond stelt de volgende aanpak voor:
1. onderzoek in welke mate het nodig is in de nacht te produceren of diensten te plannen. Het klinkt gek maar in menig bedrijf staan 's middag machines stil, omdat er anders " niks" in de nacht te doen is.
2. zorg dat de bezetting en de mogelijkheden om te pauzeren tijdens de nacht optimaal is. Juist tijdens de nachtdiensten is het belang van pauzeren van groot belang voor de alertheid van de werknemer.
3. richt mogelijkheden in voor een powernap tijdens de nachtdienst. Bijvoorbeeld een ruimte en een bed, maar ook collega's die je werk overnemen en je wakker kunnen maken. Een powernap van 20 minuten heeft dezelfde werking als een sterke kop koffie. Alleen niet de nadelen van cafeine bij het inslapen na de nachtdienst.
4. zorg voor gezonde voeding en voorlichting over het eetgedrag tijdens de nachtdienst. Vet eten geeft nachtwerkers het gevoel dat ze de benodigde energie naar binnen werken om het vol te houden, maar vette happen leiden juist tot slaperigheid en zeker bij nachtwerkers tot een verhoogd risico op overgewicht en diabetes 2. Onze spijsvertering is niet ingericht op het verwerken van voedsel in de nacht.
5, zorg voor een koele werkomgeving, dat helpt mee aan het voorkomen van slaperigheid.